Partner Portal

Gebruikershandleiding ManualCallPoint Jeweller

Bijgewerkt op

ManualCallPoint Jeweller is een draadloze herinstelbare knop met programmeerbare scenario’s. Met dit apparaat kunt u bij nood automatiseringsscenario’s of alarmen activeren. De knop kan worden hersteld met een speciale tool (sleutel) die in de kit is inbegrepen. Het apparaat is uitsluitend ontworpen voor installatie binnenshuis.

De knop is verkrijgbaar in verschillende versies:

Elke versie werkt hetzelfde. In tegenstelling tot andere versies is brandalarm de standaard bedrijfsmodus van ManualCallPoint (Red) Jeweller. Meer informatie

Om alarmen en gebeurtenissen te verzenden, communiceert ManualCallPoint Jeweller met een hub of de bedienings- en signaleringsapparatuur (CIE) via het beveiligde Jeweller-protocol. Het communicatiebereik bedraagt tot 1.700 meter zonder obstakels.

Functionele elementen

  1. Transparante beschermende deksel.
  2. Led-indicator.
  3. Vervangbaar breukglas.
  4. SmartBracket-montagepaneel.
  5. Sabotagebeveiliging. Wordt geactiveerd wanneer iemand probeert de behuizing van de knop van het oppervlak los te halen of deze van het montagepaneel te verwijderen.
  6. Aan/uit-knop.
  7. QR-code met de ID van het apparaat om de knop te koppelen aan een Ajax-hub.
  8. Gat voor de speciale tool (sleutel).
  9. Speciale tool (sleutel).

Compatibele hubs, CIE’s en signaalversterkers

ManualCallPoint Jeweller vereist een Ajax-hub of Ajax CIE met een actuele versie van OS Malevich.

Werkingsprincipe

ManualCallPoint Jeweller maakt het mogelijk om een scenario of alarm te activeren bij een noodgeval. Open het transparante beschermende deksel (indien aanwezig) en druk op het centrale deel (vervangbaar breukglas) om het te activeren. Hierdoor beweegt het breukglas naar binnen en activeert het een alarm. Er verschijnen twee gele strepen aan de boven- en onderkant, die de status van het apparaat aangeven.

ManualCallPoint Jeweller kan worden toegevoegd aan een Ajax-hub of de Ajax CIE. Deze zijn nodig zodat het apparaat binnen een systeem kan werken.

Wanneer het is toegevoegd aan een Ajax-hub

Standaard activeert het systeem Ajax-automatiseringsapparaten via scenario’s, zoals het in- of uitschakelen van de stroom van de apparaten en het ontgrendelen van uitgangen. Zodra ManualCallPoint Jeweller wordt geactiveerd, ontvangen gebruikers en een meldkamer een melding op het tabblad Smarthome. Het resetten van ManualCallPoint Jeweller met een speciaal gereedschap (sleutel) kan ook een scenario activeren.

Gebruik ManualCallPoint Jeweller om brand, mogelijke gas- of waterlekkage, problemen met apparatuur of andere noodsituaties te melden. Afhankelijk van de instellingen van de knop activeert het systeem de Ajax-sirenes bij het indrukken van ManualCallPoint Jeweller. Wanneer de bedrijfsmodus brandalarm is ingeschakeld, activeert het systeem de ingebouwde sirenes van Ajax-brandmelders  en het gekoppelde brandalarm indien dit is ingeschakeld. Sirenes blijven actief totdat ManualCallPoint Jeweller wordt gereset. Om het apparaat te resetten, steekt u de meegeleverde sleutel in het overeenkomstige gat.

Nadat u de knop heeft gereset, kunt u deze opnieuw gebruiken.

Het apparaat is voorzien van een transparant deksel om onbedoeld indrukken tijdens de installatie en het gebruik te voorkomen. U kunt echter kiezen of u de deksel wilt installeren.

ManualCallPoint Jeweller werkt in verschillende modi: Brandalarm, Hulp alarm, Paniekknop, Gaslek alarm, Storingsmelding, Waterlekkage alarm, en Scenario activering (standaard).

In alle modi behalve Scenario activering genereert de knop een alarm ongeacht de beveiligingsmodus en activeert het de alarmscenario’s voor dit apparaat. Het systeem stuurt ook een alarmsignaal naar de meldkamer en gebruikers in de app. De eerste is optioneel en kan worden geconfigureerd in de instellingen van de knop.

Het systeem kan worden geconfigureerd om Kritieke meldingen te verzenden zodat ze de modus “stil” of de “niet storen” van een telefoon kunnen negeren.

Kritieke meldingen instellen

In de modus Scenario activering kunt u met ManualCallPoint Jeweller één of meer automatiseringsapparaten bedienen door op de knop te drukken.

volg deze stappen om een actie van een automatiseringsapparaat te koppelen aan het indrukken van ManualCallPoint Jeweller:

  1. Open de Ajax-app en ga naar het tabblad Apparaten .
  2. Selecteer ManualCallPoint Jeweller uit de lijst van apparaten en ga naar de Instellingen door op het tandwielpictogram te klikken .
  3. Selecteer de modus Scenario activering in het deel Bedrijfsmodus.
  4. Ga naar het menu Scenario’s. Als u voor de eerste keer een scenario aanmaakt, klikt u op Maak een scenario. Als u al scenario’s heeft aangemaakt in het systeem , klikt u op Scenario toevoegen.
  5. Selecteer één of meer automatiseringsapparaten die de actie moeten uitvoeren.
  6. Voer de naam van het scenario in en geef de actie van het apparaat op die moet worden uitgevoerd door op ManualCallPoint Jeweller te drukken:
    • Inschakelen;
    • Uitschakelen.
  7. Als u meerdere apparaten heeft geselecteerd, geef dan aan welke van deze het scenario activeren: een willekeurig apparaat uit de lijst of alle geselecteerde apparaten voor de ingestelde periode.

    De instelling Apparaatactie is niet beschikbaar voor automatiseringsapparaten die in de pulsmodus werken. Wanneer het scenario wordt uitgevoerd, zullen deze apparaten de contacten gedurende een ingestelde duur sluiten/openen. U kunt de bedrijfsmodus en de pulsduur aanpassen in de instellingen van het automatiseringsapparaat.

  8. Klik op Opslaan. Het nieuwe scenario wordt nu weergegeven in de lijst met scenario’s voor het apparaat.

Wanneer het is toegevoegd aan een Ajax CIE

Ajax-apparaten van de EN54 Line die zijn aangesloten op een CIE, zijn toegewezen aan een van de 40 Brandzones. Wanneer er brand wordt gedetecteerd in een willekeurige zone of wanneer ManualCallPoint Jeweller wordt ingedrukt, slaan alle Ajax EN54-sirenes en flitsers (VAD’s) in het systeem alarm en worden de relais van de EN54 I/O-module (2X2) Jeweller geactiveerd.

ManualCallPoint Jeweller werkt in verschillende modi: Evacuatie, Hulp alarm, Paniekknop, Gaslek alarm, Storingsmelding, Waterlekkage alarm, en Aangepaste actie (standaard).

In alle modi behalve in de Aangepaste actie, genereert de knop een alarm ongeacht de beveiligingsmodus en activeert het alarmscenario’s met dit apparaat. Het systeem stuurt ook een alarmsignaal naar de meldkamer en gebruikers in de app. De eerste is optioneel en kan worden geconfigureerd in de instellingen van de knop.

Gebeurtenissen naar de meldkamer verzenden

Het Ajax-systeem kan alarmen versturen naar de PRO Desktop-bewakingsapp en een meldkamer in de formaten van SurGard (Contact ID), SIA (DC-09) (SIA-DCS), ADEMCO 685, en andere protocollen.

ManualCallPoint Jeweller kan de volgende gebeurtenissen verzenden:

  1. Brandalarm / herstel.
  2. Paniekknop alarm/herstel.
  3. Hulp alarm / herstel.
  4. Gaslek alarm / herstel.
  5. Storings- of foutalarm / herstel.
  6. Waterlekkage alarm / herstel.
  7. Scenario activering / aangepaste actie.
  8. Sabotage-alarm / herstel.
  9. Verlies en herstel van verbinding met de hub of de CIE.
  10. Permanente deactivering/activering van de knop.

Wanneer een alarm wordt ontvangen, weet de operator van de meldkamer wat er is gebeurd en waar het responsteam naartoe moet worden gestuurd. Dankzij de adresseerbaarheid van Ajax-apparaten kunnen gebeurtenissen naar PRO Desktop of een meldkamer worden verzonden, inclusief het type apparaat, de naam, virtuele ruimte, beveiligingsgroep, brandzone en locatie. Houd er rekening mee dat de lijst met verzonden waarden kan variëren afhankelijk van het type meldkamer en het geselecteerde communicatieprotocol.

De ID en het loopnummer (zone) van het apparaat zijn te vinden in de statussen in de Ajax-app.

Aan het systeem toevoegen

ManualCallPoint Jeweller is incompatibel met Hub (2G) Jeweller, bedieningspanelen van derden of de integratiemodules ocBridge Plus en uartBridge.

Om ManualCallPoint Jeweller op een hub of CIE aan te sluiten, moet het apparaat zich in hetzelfde systeem bevinden (binnen het bereik van het radionetwerk van een hub of CIE).

Wanneer u een signaalversterker gebruikt, voeg dan eerst ManualCallPoint Jeweller toe aan een hub of CIE en verbind deze vervolgens in de instellingen met een signaalversterker. De signaalversterker EN54 Fire ReX Jeweller is compatibel met de CIE en zal op een later moment beschikbaar zijn.

Als een hub of CIE op een verschillende radiofrequentie werkt dan het apparaat, dan zijn deze niet compatibel. Het radiofrequentiebereik van het apparaat kan per regio verschillen. We raden aan om Ajax-apparaten in dezelfde regio te kopen en gebruiken. U kunt de reikwijdte van de radiofrequenties verifiëren met de technische ondersteuningsdienst.

Voordat u een apparaat toevoegt

  1. Installeer de Ajax-app.
  2. Log in op een account of maak een nieuwe aan.
  3. Selecteer een space of maak een nieuwe aan.
  4. Voeg minstens één virtuele ruimte toe.
  5. Voeg een compatibele hub of CIE toe aan de space. Zorg dat de hub of de CIE aanstaat en toegang heeft tot het internet via een ethernetkabel, wifi, en/of een mobiel netwerk.
  6. Zorg ervoor dat de space is uitgeschakeld en de hub of de CIE niet begint met updaten door de status in de Ajax-app te controleren.

Alleen een PRO of beheerder van een space met rechten om het systeem te configureren kan een apparaat aan de hub of CIE toevoegen.

Verbinding maken met een hub of CIE.

  1. Open een Ajax-app. Selecteer de space waaraan u het apparaat wilt toevoegen.
  2. Ga naar het tabblad Apparaten en klik op Apparaat toevoegen.
  3. Scan de QR-code of voer het identificatienummer van het apparaat handmatig in. De QR-code met identificatienummer staat op de behuizing van het apparaat onder het SmartBracket-montagepaneel. De QR-code staat ook op de verpakking van het apparaat.
  4. Geef het apparaat een naam.
  5. Selecteer een virtuele ruimte.
  6. Als ManualCallPoint Jeweller verbinding maakt met de hub, selecteer dan een beveiligingsgroep (indien de Groepsmodus is ingeschakeld). Als ManualCallPoint Jeweller verbinding maakt met de CIE, selecteer dan een brandzone en geef de locatie van het apparaat op in het veld Locatie.
  7. Selecteer Apparaat toevoegen, en het aftellen begint.
  8. Schakel het apparaat in door de aan/uit-knop ingedrukt te houden. Zodra het apparaat is toegevoegd, knippert de led één keer.

ManualCallPoint Jeweller schakelt niet automatisch tussen het radionetwerk van een signaalversterker en een hub wanneer u de Jeweller aansluit via een signaalversterker. U kunt echter in de app handmatig ManualCallPoint Jeweller aan een andere hub of signaalversterker toewijzen.

Als u het maximale aantal apparaten heeft bereikt dat een hub of CIE kan ondersteunen (afhankelijk van het model), ontvangt u een melding wanneer u probeert een ander apparaat toe te voegen.

Zodra het apparaat is aangesloten op een hub of CIE, verschijnt de knop in de lijst van zijn apparaten in de Ajax-app.

ManualCallPoint Jeweller werkt met één hub of CIE. Wanneer het apparaat is verbonden met een nieuwe hub of CIE, stopt het met het verzenden van gebeurtenissen naar de oude. Door de knop aan een nieuwe hub of CIE toe te voegen, wordt het niet automatisch uit de apparatenlijst van de oude verwijderd. Dit moet gedaan worden via de Ajax-app.

Storingen/fouten

Wanneer ManualCallPoint Jeweller aan een hub wordt toegevoegd, geeft het systeem een storing weer. Wanneer het apparaat aan een CIE wordt toegevoegd, geeft het systeem een fout weer. Volgens de EN 54-norm is een fout een kritieke situatie die de werking van het brandmeldsysteem beïnvloedt.

Wanneer een storing of een fout wordt gedetecteerd, toont de Ajax-app een teller op het pictogram van het apparaat. Alle storingen en fouten worden aangegeven in de statussen van het apparaat. De overeenkomstige velden worden rood gemarkeerd.

Een storing of een fout wordt weergegeven wanneer:

  • er geen verbinding is met een hub (of CIE) of signaalversterker (binnenkort) via Jeweller;
  • de batterij van de knop bijna leeg is.

Pictogrammen

De pictogrammen in de app geven een aantal statussen van ManualCallPoint Jeweller weer. Om ze te bekijken:

  1. Log in bij de Ajax-app.
  2. Selecteer een space.
  3. Ga naar het tabblad Apparaten .
Pictogram Waarde

De Jeweller-signaalsterkte toont de signaalsterkte tussen een hub of CIE en de knop. De aanbevolen waarde is 2 – 3 streepjes wanneer ManualCallPoint Jeweller aan een hub is toegevoegd en 3 streepjes wanneer het apparaat aan een CIE is toegevoegd.

Meer informatie

Laadniveau van de batterij van de knop.

Meer informatie

De knop werkt via een signaalversterker.
Er is een test van de knop gaande.
De knop heeft een fout. De lijst met fouten is beschikbaar in de statussen van het apparaat.
De knop is ingedrukt.

De knop is permanent gedeactiveerd. Het pictogram kan worden weergegeven als ManualCallPoint Jeweller aan een hub is toegevoegd.

Meer informatie

De knop heeft de sabotagealarmen permanent gedeactiveerd. Het pictogram kan worden weergegeven als ManualCallPoint Jeweller aan een hub is toegevoegd.

Meer informatie

De knop is uitgeschakeld. Het pictogram kan worden weergegeven als ManualCallPoint Jeweller aan de CIE is toegevoegd.
Het apparaat heeft de verbinding met een hub (CIE) verloren of een hub (CIE) heeft de verbinding met de Ajax Cloud-server verloren.

Het apparaat is niet overgezet naar een nieuwe hub of CIE.

Meer informatie

Statussen

Het statusscherm bevat informatie over het apparaat en de bedrijfswaarden. U kunt de statussen van ManualCallPoint Jeweller vinden in de Ajax-apps:

  1. Ga naar het tabblad Apparaten .
  2. Selecteer ManualCallPoint Jeweller in de lijst.
Parameter Waarde
Alarm

De knop is ingedrukt in de modus Brandalarm of Evacuatie.

Het veld wordt alleen weergegeven als er een brand is gedetecteerd.

Gegevensimport Geeft de fout weer bij het overzetten van gegevens naar een nieuwe hub of CIE:

  • Mislukt — het apparaat is niet overgezet naar een nieuwe hub of CIE.

Meer informatie

Fout

Klik op de knop om de lijst met fouten van apparaten te openen.

Het veld verschijnt alleen als er een fout is gedetecteerd. Een fout is een kritieke storing in de werking van het brandmeldsysteem volgens de norm EN 54.

Storing

Klik op de knop om de lijst met storingen van apparaten te openen.

Het veld verschijnt alleen als er een storing is gedetecteerd. Een storing is geen kritieke verstoring voor de werking van het brandmeldsysteem volgens de norm EN 54.

Uitgeschakeld

Het apparaat is uitgeschakeld. Het reageert niet op het alarm of en informeert gebruikers en de bewaking niet. Druk op  om een lijst met de uitgeschakelde functies van het apparaat te openen.

Het veld wordt alleen weergegeven als het apparaat is uitgeschakeld.

Test

Er is een test van het apparaat gaande.

Het veld wordt alleen weergegeven als ManualCallPoint Jeweller aan de CIE is toegevoegd.

Temperatuur

Temperatuur van het apparaat. Deze wordt gemeten door de processor en verandert afhankelijk van de omgevingstemperatuur.

U kunt een scenario op basis van temperatuur configureren om automatiseringsapparaten te besturen.

Meer informatie

Jeweller-signaalsterkte

Signaalsterkte tussen een hub (CIE) of signaalversterker en de knop via het Jeweller-kanaal. 

De aanbevolen waarde is 2 – 3 streepjes wanneer ManualCallPoint Jeweller aan een hub is toegevoegd en 3 streepjes wanneer het apparaat aan een CIE is toegevoegd.

Verbinding via Jeweller Verbindingsstatus op het Jeweller-kanaal tussen het apparaat en een hub (CIE) of een signaalversterker:

  • Online — het apparaat is verbonden met een hub (CIE) of een signaalversterker. Normale status.
  • Offline — het apparaat is niet verbonden met een hub (CIE) of een signaalversterker. Controleer de verbinding van de knop.
ReX Verbindingsstatus tussen het apparaat en een signaalversterker.
Batterijlading Laadniveau van de batterij van het apparaat. Er zijn twee statussen beschikbaar: 

  • OK.
  • Laag.

Zo wordt het batterijniveau in de Ajax-apps weergegeven

Deksel De status van de sabotagebeveiliging van de knop die reageert op het openen of losmaken van de behuizing van het apparaat:

  • Open — de knop is verwijderd van het SmartBracket-montagepaneel, of de integriteit ervan is aangetast. Controleer de bevestiging van het apparaat.
  • Gesloten — de knop is op het SmartBracket-montagepaneel geïnstalleerd en de behuizing van het apparaat en het montagepaneel zijn intact. Normale status.

Meer informatie

Huidige status Als het apparaat werkt in de modus Brandalarm, Evacuatie, Hulp alarm, Paniekknop, Gaslek alarm, Storingsmelding, of Waterlekkage alarm:

  • Alarm — knop ingedrukt;
  • Geen alarm — knop niet ingedrukt.

Als het apparaat in de modus Scenario activering of Aangepaste actie werkt:

  • Knop ingedrukt;
  • Knop niet ingedrukt.
Bedrijfsmodus Wanneer ManualCallPoint Jeweller aan een hub wordt toegevoegd, kan de knop in de volgende bedrijfsmodi werken:

  • Brandalarm.
  • Scenario activering.
  • Hulp alarm.
  • Paniekknop.
  • Gaslek alarm.
  • Storingsmelding.
  • Waterlekkage alarm.

Wanneer ManualCallPoint Jeweller aan de CIE wordt toegevoegd, kan de knop in de volgende bedrijfsmodi werken:

  • Brandalarm.
  • Evacuatie.
  • Hulp alarm.
  • Foutmelding.
  • Paniekknop.
  • Gaslek alarm.
  • Waterlekkage alarm.
  • Aangepaste actie.
Alleen lokaal alarm Wanneer ingeschakeld, zal een alarm van dit apparaat geen signaal naar de meldkamer sturen. Echter, alarmen van gekoppelde brandmelders worden geactiveerd ongeacht de status van deze instelling.
Permanente deactivering Geeft de status van de permanente deactiveringsfunctie van het apparaat weer:

  • Nee — het apparaat werkt in de normale modus en verzendt alle gebeurtenissen.
  • Volledig — het apparaat voert geen systeemopdrachten uit, neemt niet deel aan automatiseringsscenario’s, en zijn alarmen en andere meldingen worden door het systeem genegeerd.
  • Alleen deksel — het systeem negeert meldingen die worden geactiveerd door de sabotagebeveiliging van het apparaat.

Meer informatie

Het veld wordt alleen weergegeven als ManualCallPoint Jeweller aan een hub is toegevoegd.

Brandzone

Het nummer en de naam van de brandzone waaraan het apparaat is toegewezen.

Het veld wordt alleen weergegeven als ManualCallPoint Jeweller aan de CIE is toegevoegd.

Ruimte De naam van de ruimte waaraan het apparaat is toegewezen.
Locatie

Gedetailleerde beschrijving van de locatie van het apparaat.

Het veld wordt alleen weergegeven als ManualCallPoint Jeweller aan de CIE is toegevoegd.

Firmware Firmwareversie van ManualCallPoint Jeweller.
Apparaat-ID ID van het apparaat. Ook beschikbaar via de QR-code op de behuizing van de knop en de verpakking.
Apparaatnr. Het nummer van de apparaatloop (zone).

Instellingen

Om de instellingen van ManualCallPoint Jeweller te wijzigen in de Ajax-app:

  1. Ga naar het tabblad Apparaten .
  2. Selecteer ManualCallPoint Jeweller in de lijst.
  3. Ga naar de Instellingen .
  4. Stel de vereiste waarden in.
  5. Klik op Terug om de nieuwe instellingen op te slaan.
Waarde Waarde
Naam Naam van het apparaat. Kan worden gewijzigd.
Brandzone

Selecteer de brandzone waaraan ManualCallPoint Jeweller is toegewezen.

De brandzone wordt weergegeven in sms-berichten en meldingen in het logboek.

De instelling is alleen beschikbaar als ManualCallPoint Jeweller aan de CIE is toegevoegd.

Ruimte Selecteer de virtuele ruimte waaraan ManualCallPoint Jeweller is toegewezen.
Locatie

Gedetailleerde beschrijving van de locatie van het apparaat. Het wordt weergegeven naast de naam van de ruimte in de meldingen in het logboek.

Het veld met de locatie kan tot 24 Latijnse of Cyrillische tekens bevatten.

De instelling is alleen beschikbaar als ManualCallPoint Jeweller aan de CIE is toegevoegd.

Bedrijfsmodus Selecteer de bedrijfsmodus van de knop:

  • Brandalarm — meldingen als het systeem brand detecteert.
  • Evacuatie — activeert het evacuatiesignaal bij brandgevaar. De modus is alleen beschikbaar als ManualCallPoint Jeweller aan de CIE is toegevoegd.
  • Scenario activering of Aangepaste actie — draait scenario’s voor automatiseringsapparaten zoals relais, stekkers of schakelaars. Het systeem stuurt geen alarm naar gebruikers en de meldkamer.
  • Hulp alarm — waarschuwt wanneer er noodhulp nodig is.
  • Paniekknop — geeft een alarm af wanneer de veiligheid in gevaar is.
  • Gaslek alarm — waarschuwt bij potentiële gaslekkage.
  • Storings-/foutmelding — meldt mogelijke problemen van apparaten in het systeem.
  • Waterlekkage alarm — alarm over lekkage.

Na het indrukken van de knop in alle modi behalve Scenario activering of Aangepaste actie, wordt een alarm verzonden naar de Ajax-app en de meldkamer, en worden scenario’s geactiveerd waarbij de knop betrokken is.

Alleen lokaal alarm Wanneer ingeschakeld, zal een alarm van dit apparaat geen signaal naar de meldkamer sturen. Echter, alarmen van gekoppelde brandmelders worden geactiveerd ongeacht de status van deze instelling.

Alarm met sirene

Als handbrandmelder wordt ingedrukt

Wanneer ingeschakeld, worden alle sirenes die aan het systeem zijn toegevoegd geactiveerd wanneer iemand de knop indrukt.

De instelling is alleen beschikbaar als ManualCallPoint Jeweller aan een hub is toegevoegd.

Scenario’s

Opent het menu voor het maken en configureren van automatiseringsscenario’s.

De instelling is alleen beschikbaar als ManualCallPoint Jeweller aan een hub is toegevoegd.

Jeweller-signaalsterktetest

Met deze test kan de signaalsterkte en stabiliteit op de beoogde installatielocatie worden bepaald.

Meer informatie

Gebruikershandleiding Opent de gebruikershandleiding van ManualCallPoint Jeweller.
Permanente deactivering

Hiermee kan de gebruiker het apparaat deactiveren zonder het uit het systeem te verwijderen.

Er zijn drie opties beschikbaar:

  • Nee — het apparaat werkt in de normale modus en verzendt alle gebeurtenissen.
  • Volledig — het apparaat voert geen systeemopdrachten uit of neemt deel aan automatiseringsscenario’s; bovendien negeert het systeem alarmen en andere meldingen van het apparaat.
  • Alleen deksel — het systeem negeert de meldingen over het activeren van de sabotagebeveiliging van het apparaat.

Meer informatie

De instelling is alleen beschikbaar als ManualCallPoint Jeweller aan een hub is toegevoegd.

Uitschakeling apparaat

De optie maakt het mogelijk om het apparaat of specifieke functies te deactiveren.

Het apparaat blijft aangesloten op het systeem, maar geeft geen alarm meer af.

De instelling is alleen beschikbaar als ManualCallPoint Jeweller aan de CIE is toegevoegd.

Apparaat verwijderen Koppelt ManualCallPoint Jeweller los van een hub of CIE en verwijdert de instellingen.

Indicatie

ManualCallPoint Jeweller geeft zijn status aan met een led-indicatie in de rechterbovenhoek van het apparaat.

Categorie Indicatie Gebeurtenis
Alarm. De led knippert continu. De led knippert zolang het breukglas wordt ingedrukt.
Sabotagealarm. De led knippert eenmaal. De knop wordt verwijderd van het SmartBracket-montagepaneel.
De knop inschakelen. De led knippert eenmaal. Houd de aan/uit-knop 1 seconde ingedrukt om de knop in te schakelen.
De knop uitschakelen. De led knippert drie keer. Houd de aan/uit-knop 2 seconden ingedrukt om de knop uit te schakelen.
Storing gedetecteerd. De led knippert continu.
Batterij bijna leeg. De led knippert één keer per minuut.
De batterij is volledig leeg. De led knippert snel voor een korte tijd.

Testen van de functionaliteit

Het Ajax-systeem heeft diverse testen om te helpen bij het selecteren van de juiste installatieplaats voor de apparaten. Deze testen beginnen niet meteen. De wachttijd overschrijdt echter niet de duur van de polling-interval tussen één hub en apparaat. U kunt het polling-interval controleren en configureren in de instellingen van de hub of CIE (Hub (CIE) → Instellingen Jeweller of Jeweller/Fibra).

Om een test uit te voeren, in de Ajax app:

  1. Selecteer de vereiste space.
  2. Ga naar het tabblad Apparaten .
  3. Selecteer ManualCallPoint Jeweller in de lijst.
  4. Ga naar Instellingen .
  5. Selecteer Jeweller-signaalsterktetest.
  6. Voer de test uit.

Plaatsing van het apparaat

Het apparaat is uitsluitend bedoeld voor gebruik binnenshuis.

Bij de keuze waar u ManualCallPoint Jeweller wilt installeren, moet u rekening houden met welke factoren van invloed zijn op de werking ervan:

  • Jeweller-signaalsterkte;
  • de afstand tussen het apparaat en een hub (CIE) of signaalversterker;
  • de aanwezigheid van obstakels die de doorgang van het radiosignaal tussen apparaten kunnen verhinderen, zoals muren, plafonds tussen verdiepingen of grote objecten in de ruimte.

ManualCallPoint Jeweller moet bij vluchtroutes worden geplaatst, met name bij alle uitgangen van verdiepingen en bij alle uitgangen naar de openlucht die naar een veilige plek leiden (zelfs als deze uitgangen niet als nooduitgangen zijn gemarkeerd).

ManualCallPoint Jeweller moet worden bevestigd op een hoogte van 1,4 m boven de afgewerkte vloer, op gemakkelijk toegankelijke, goed verlichte en opvallende plaatsen zonder mogelijke obstructies. Ze moeten worden geplaatst tegen een contrasterende achtergrond zodat ze gemakkelijk zichtbaar zijn. Een lagere montagehoogte is acceptabel als de kans groot is dat de eerste persoon die het brandalarm activeert, een rolstoelgebruiker is.

Volg bij het ontwerpen van een beveiligingssysteem altijd de plaatsingsadviezen. Het beveiligingssysteem moet door professionals worden ontworpen en geïnstalleerd. Een lijst met erkende Ajax-partners is hier beschikbaar.

Signaalsterkte

De Jeweller-signaalsterkte wordt bepaald door het aantal niet-geleverde of beschadigde datapakketten in een bepaalde periode. Het pictogram in het tabblad Apparaten geeft de signaalsterkte aan:

  • drie streepjes — uitstekende signaalsterkte;
  • twee streepjes — goede signaalsterkte;
  • eén streepje — lage signaalsterkte, een stabiele werking wordt niet gegarandeerd;
  • doorgestreept pictogram — geen signaal.

Voer de Jeweller-signaalsterktetest uit voordat u de installatie afrondt. De test controleert de signaalsterkte bij het maximale zendvermogen van het apparaat. Om te voldoen aan de EN 54-vereisten moet de signaalsterkte tussen het apparaat en de CIE drie streepjes bedragen.

Als de test aantoont dat de signaalsterkte één of nul streepjes bedraagt dan kunnen wij geen stabiele werking van het beveiligingssysteem garanderen. Overweeg om het apparaat minstens 20 cm te verplaatsen zodat de signaalontvangst aanzienlijk kan verbeteren. Als het signaal slecht of onstabiel blijft nadat u het verplaatst heeft, overweeg dan om een signaalversterker te gebruiken.

Hoe u de knop niet moet installeren

  1. Buiten, dit kan leiden tot valse alarmen en storingen van het apparaat.
  2. Binnenin gebouwen waar de temperatuur- en luchtvochtigheidsniveaus de toegestane limieten overschrijden, omdat dit het apparaat kan beschadigen.
  3. Dichterbij dan 1 meter van een hub (CIE) of signaalversterker om verbindingsverlies met de hub te voorkomen.
  4. Op plaatsen met een lage of onstabiele signaalsterkte, kan dit leiden tot verbindingsverlies met een hub of CIE.
  5. Op moeilijk bereikbare of slecht verlichte plaatsen.

Installatie

Zorg, voordat u ManualCallPoint Jeweller installeert, dat u de optimale locatie heeft geselecteerd die voldoet aan de eisen van deze handleiding.

Om de knop te monteren:

  1. Verwijder het SmartBracket-montagepaneel van de knop. Steek hiervoor de speciale tool in het gat en schuif de montageplaat naar beneden.
  2. Plak het SmartBracket-montagepaneel vast met dubbelzijdig plakband of andere tijdelijke bevestigingsmiddelen. Plaats het montagepaneel op een verticaal oppervlak op een hoogte van 1,4 meter.

    Gebruik dubbelzijdig plakband alleen voor een tijdelijke bevestiging. Als het apparaat alleen met plakband is bevestigd, kan het op elk moment loskomen van het oppervlak en reageert de sabotagebeveiliging niet als het apparaat wordt verwijderd.

  3. Plaats de knop, met het transparante deksel gesloten, op het SmartBracket-montagepaneel. De led-indicatie van het apparaat knippert en geeft aan dat de sabotagebeveiliging van de knop gesloten is.
  4. Voer de Jeweller-signaalsterktetest uit. Streef naar een signaalsterkte van twee of drie streepjes.
  5. Verwijder de knop van SmartBracket.
  6. Bevestig het SmartBracket-montagepaneel met de meegeleverde schroeven op alle bevestigingspunten. Eén bevestigingspunt bevindt zich in het geperforeerde deel van het montagepaneel, boven de sabotagebeveiliging. Als u andere bevestigingsmiddelen gebruikt, let er dan op dat deze het montagepaneel niet beschadigen of vervormen.
  7. Bevestig de knop weer op het SmartBracket-montagepaneel.

De sleutel heeft een gat in de behuizing, waardoor het gemakkelijk gedragen kan worden. Degen die verantwoordelijk zijn voor brandveiligheid, vinden het misschien handig om de sleutel aan hun sleutelhanger te bevestigen.

Wat te doen bij een brandalarm

NEGEER HET ALARM NOOIT! Ga er altijd van uit dat het alarm echt is en verlaat het gebouw onmiddellijk, zelfs als u twijfelt aan de oorzaak van het alarmsignaal.

  1. Open geen deuren als u er hitte of rook achter voelt. Controleer andere uitgangen en gebruik een alternatieve route om te ontsnappen. Sluit altijd de deur achter u als u weggaat.

    Als er zware rook een ruimte binnenkomt, blijf dan dicht bij de vloer en kruip naar buiten. Adem indien mogelijk door een natte doek of probeer uw adem in te houden. Het inademen van rook veroorzaakt meer doden dan brand.

  2. Evacueer zo snel als u kunt, raak niet in paniek. Bespaar tijd en laat uw spullen achter. Zet buiten een ontmoetingsplaats op voor iedereen in het gebouw. Zorg ervoor dat iedereen veilig is geëvacueerd.
  3. Bel onmiddellijk de brandweer, of vraag iemand anders te bellen. Vergeet niet, zelfs kleine branden kunnen zich snel verspreiden; bel de brandweer, zelfs als het alarm automatisch wordt doorgegeven aan een meldkamer.

Ga NOOIT terug een brandend gebouw in.

Onderhoud

Verwijder stof, spinnenwebben en ander vuil van de behuizing van de melder. Gebruik een zachte, droge doek die geschikt is voor het reinigen van elektronische apparatuur. Gebruik geen middelen die alcohol, aceton, benzine, of andere actieve oplosmiddelen bevatten om het apparaat te reinigen.

De voorgeïnstalleerde batterij gaat tot 7 jaar mee bij normaal gebruik (één druk van één minuut per week). Bij vaker gebruik kan de levensduur korter zijn. U kunt de status van de batterij op elk gewenst moment controleren in de Ajax-app.

Garantie

De garantie op de producten van de Limited Liability Company, “Ajax Systems Manufacturing”, is 2 jaar geldig na aankoop.

Als het apparaat niet goed functioneert, raden wij u aan eerst contact op te nemen met de technische ondersteuning van Ajax. In de meeste gevallen kunnen technische problemen op afstand worden opgelost.

Contact opnemen met de technische ondersteuning:

Gefabriceerd door “AS Manufacturing” LLC

Hulp nodig?

In dit onderdeel zijn gedetailleerde handleidingen en educatieve video's te vinden over alle Ajax-functies. Bovendien zijn we 24/7 beschikbaar voor wanneer u een technisch specialist nodig hebt.

Spelling error report

The following text will be sent to our editors: