Gebruikershandleiding van ReX 2

Functionele elementen

1. Logo met led-indicatie.
2. SmartBracket-montagepaneel. Schuif hem met kracht naar beneden om hem te openen.
   

   Het geperforeerde gedeelte is nodig om de sabotagebeveiliging te activeren bij een poging om de signaalversterker van het oppervlak af te trekken. Breek het niet af.

3. Aansluiting voor de voedingskabel.
4. Aansluiting voor de ethernetkabel.
5. QR-code met het identificatienummer (servicenummer) van de signaalversterker.
6. Antisabotageknop.
7. Aan/uit-knop.

Werkingsprincipe

ReX 2 breidt het radiocommunicatiebereik van het beveiligingssysteem uit, waardoor de Ajax-apparaten op grotere afstand van de hub kunnen worden geïnstalleerd. Als de apparaten zich op hetzelfde netwerk bevinden, kan ReX 2 met de hub communiceren via radio (de Jeweller-en Wings-protocollen) of via een ethernetkabel.

ReX 2 ontvangt signalen van de hub, zendt ze naar de aangesloten apparaten en stuurt signalen van de apparaten naar de hub. De hub peilt de signaalversterker met een frequentie van 12 tot 300 seconden (de standaardwaarde is, afhankelijk van de instellingen, 36 seconden). De ReX 2-signaalversterker peilt alle aangesloten apparaten met dezelfde frequentie.

Alle alarmmeldingen worden ongeacht de instellingen in niet meer dan 0,3 seconden afgeleverd.

Het communicatiebereik tussen ReX 2 en het apparaat wordt beperkt door het radiosignaalbereik van het apparaat. Het bereik van het radiosignaal wordt aangegeven op de pagina van het apparaat op de website en in de gebruikershandleiding.

Als het apparaat om wat voor reden dan ook de communicatie met een signaalversterker verliest, maakt het niet automatisch verbinding met een andere signaalversterker of hub.

Jeweller- en Wings-communicatieprotocollen

De signaalversterker gebruikt de Jeweller-technologie om alarmmeldingen en gebeurtenissen te versturen en Wings om foto’s te verzenden. Dit zijn draadloze tweerichtingsprotocollen voor gegevensoverdracht die zorgen voor snelle en betrouwbare communicatie tussen de hub, de signaalversterker en de systeemapparaten die aangesloten zijn op de signaalversterker.

De protocollen ondersteunen blokversleuteling met een dynamische sleutel en apparaatidentificatie bij elke communicatiesessie ter bescherming tegen sabotage en spoofing.

De Ajax-app biedt een detectiesysteem tussen de hub en de apparaten met een interval van 12 tot 300 seconden om de communicatie met de systeemapparaten te regelen en hun statussen weer te geven. Het detectie-interval wordt ingesteld door de gebruiker of PRO met beheerdersrechten.

Verbinding via Ethernet

ReX 2 met de OS Malevich 2.13-firmware ondersteunt verbinding met de hub via radio en Ethernet. Met behulp van een kabelverbinding kan één Ajax-systeem een object bestrijken zoals een kantoorcentrum met ondergrondse parkeergarage, een metalen hangar of een magazijncomplex met meerdere grote gebouwen. Ethernet kan het enige communicatiekanaal zijn of parallel werken met Jeweller en Wings. Als de ReX 2 op de hub is aangesloten via het ethernet en radiokanalen, krijgt ethernet voorrang.

De hub en ReX 2 moeten via een router op hetzelfde netwerk zijn aangesloten om dit communicatiekanaal te laten werken. De router is nodig om het IP-adres voor de signaalversterker te bepalen. Het netwerk waarmee ReX 2 verbinding maakt moet uitzendqueries toestaan en een open 4269-poort voor alle soorten verkeer.

Het is niet mogelijk om ReX 2 rechtstreeks op de hub aan te sluiten via een ethernetkabel.

ReX 2 kan werken met zowel statische als dynamische IP-adressen. Als de signaalversterker er niet in slaagt een ethernetverbinding met de hub tot stand te brengen, dan geven de ReX 2-statussen een storing weer. Het MAC-adres van de signaalversterker is ook te vinden in de foutgegevens, die gebruikt kunnen worden om het probleem te vinden en op te lossen.

Er wordt in twee gevallen een melding gestuurd als de communicatie wegvalt: als de hub de verbinding met de signaalversterker volledig verliest en als de hub de verbinding met de signaalversterker verliest via het kanaal voor het verzenden van foto’s. Als de communicatie alleen via Jeweller of alleen via Wings wegvalt (als Ethernet is aangesloten), wordt er geen melding verzonden.

Ondersteuning van fotoverificatie

De ReX 2-radiosignaalversterker ondersteunt het aansluiten van detectoren met fotoverificatie. De ReX 2-signaalversterker kan niet alleen gebeurtenissen en alarmen versturen, maar ook foto’s die genomen zijn door de detectoren. 

De aflevertijd van de foto’s via de signaalversterker hangt af van het communicatiekanaal met de hub, het type detector en de resolutie van de afbeeldingen.

Aflevertijd van foto’s via het Wings-radioprotocol:

* De waarden worden berekend in de veronderstelling dat de hub via ethernet of 4G werkt en dat de sterkte van het signaal tussen ReX 2 en de detector en tussen de hub en ReX 2 drie streepjes bedraagt. Als u de functie Foto op aanvraag gebruikt, kan er een korte vertraging zijn (tot 3 seconden) voordat de detector een foto maakt.

Aflevertijd van foto’s via Ethernet:

* De waarden worden berekend in de veronderstelling dat de hub via ethernet of 4G werkt en dat de sterkte van het signaal tussen ReX 2 drie streepjes bedraagt. Als u de functie Foto op aanvraag gebruikt, kan er een korte vertraging zijn (tot 3 seconden) voordat de detector een foto maakt.

Aantal aangesloten signaalversterkers en apparaten

Afhankelijk van het model, kan het volgende aantal signaalversterkers worden aangesloten op de hub:

Het maakt niet uit welk type signaalversterker precies gebruikt wordt: ReX of ReX 2. Ze kunnen, rekening houdend met de mogelijkheden van de hub, in elke gewenste combinatie op het systeem worden aangesloten.

ReX 2 maakt alleen rechtstreeks verbinding met de hub. Verbinding met een andere signaalversterker is niet mogelijk.

ReX 2 verhoogt niet het aantal apparaten dat op de hub kan worden aangesloten. Het maximum aantal apparaten verbonden met ReX 2 hangt van het hubmodel af.

Gebeurtenissen verzenden naar de meldkamer

Het Ajax-systeem kan verbinding maken met de meldkamer en kan alarmmeldingen en gebeurtenissen versturen in SurGard (ContactID), SIA (DC-09), ADEMCO 685 en andere eigen protocolindelingen. Een volledige lijst met ondersteunde protocollen is via deze link beschikbaar.

Het loopnummer (zone) van Rex 2 vindt u in de statussen van het apparaat. Het loopnummer opzoeken:

1. Log in bij de Ajax-app.
2. Selecteer als u meerdere hubs heeft of als u de PRO-app gebruikt de gewenste hub.
3. Ga naar het menu Apparaten .
4. Selecteer ReX 2. Het loopnummer (zone) staat helemaal onder aan de pagina.

Het loopnummer (zone) van ReX 2 is ook te vinden in het menu Groepen (Ajax-app → Apparaten → Hub → Instellingen → Groepen). Als u het loopnummer (zone) wilt weten, kiest u de groep waarin de signaalversterker zich bevindt. Het apparaatnummer komt overeen met het loopnummer (zone).

Compatibele hub-modellen

ReX 2 werkt alleen in combinatie met een hub. Lijst van compatibele hubs:

• Hub 2 (2G)
• Hub 2 (4G)
• Hub 2 Plus
• Hub Hybrid (2G)
• Hub Hybrid (4G)

Verbinding met andere hubs, radiosignaalversterkers, ocBridge Plus en uartBridge is niet mogelijk.

Verbinding

De signaalversterker werkt alleen met compatibele Ajax-hubs. Verbinding met andere hubs, radiosignaalversterkers, uartBridge en ocBridge Plus is niet mogelijk.

Zorg dat de volgende zaken gedaan zijn voordat u verbinding maakt:

1. De Ajax-app is geïnstalleerd.
2. Er is een account aangemaakt.
3. De vereiste hub is toegevoegd in de Ajax-app.
4. Deze hub is ingeschakeld en er is minstens één ruimte voor aangemaakt.
5. U heeft beheerdersrechten voor deze hub.
6. De hub heeft internettoegang via ten minste één communicatiekanaal: Ethernet, wifi of een mobiele verbinding. U kunt dit controleren in de Ajax-app of via het hub-logo op de voorplaat. Het logo moet wit of groen oplichten.
7. De hub is uitgeschakeld en wordt niet bijgewerkt. U kunt dit controleren via de status van de hub in de Ajax-app.

ReX 2 aansluiten op de hub:

1. Verwijder het SmartBracket-montagepaneel door het krachtig naar beneden te schuiven. Beschadig het geperforeerde gedeelte niet, want dat is nodig om de sabotagedetector te activeren die de signaalversterker tegen ontmantelen beschermt.
   

   

2. Verbind ReX 2 met de externe voeding. Verbind een ethernetkabel met ReX 2.
   

   Gebruik de klemmenblokadapter met schroefaansluiting om de voeding aan te sluiten en zo aan de INCERT-vereisten te voldoen. Meer informatie

3. Log in bij de Ajax-app.
4. Selecteer de gewenste hub als u er meerdere heeft of als u de PRO-app gebruikt.
5. Ga naar het menu Apparaten en druk op Apparaat toevoegen.
6. Geef de signaalversterker een naam, scan de QR-code of voer hem handmatig in (staat op de behuizing en de verpakking van het apparaat) en kies een ruimte en een groep (als de groepsmodus geactiveerd is).
   

   

7. Klik op Toevoegen, het aftellen begint.
8. Zet de ReX 2 aan door de aan/uit-knop drie seconden ingedrukt te houden.
   

   

Als u ReX 2 met de hub wilt verbinden, moet de signaalversterker zich in hetzelfde beveiligde object als het systeem bevinden (binnen het bereik van het radionetwerk van de hub).

Na verbinding met de hub verandert het logo binnen 30 seconden van kleur, van rood naar wit. De verbonden signaalversterker verschijnt in de Ajax-app op de lijst met hub-apparaten. De update-snelheid van de statussen van de signaalversterker hangt af van de Jeweller-instellingen (of Jeweller/Fibra voor de hybride hubs van Ajax). De standaardwaarde is 36 seconden.

Als de verbinding mislukt, zet de ReX 2 dan uit en probeer het na vijf seconden nog een keer. Het kan zijn dat u een apparaat wilt toevoegen, maar dat u het maximale aantal apparaten (afhankelijk van het hubmodel) al aan de hub heeft toegevoegd. In dat geval krijgt u een daar een melding van in de Ajax-app.

ReX 2 werkt alleen met één hub. Als de signaalversterker is verbonden met een nieuwe hub, stopt deze met het verzenden van opdrachten naar de oude hub. Zodra ReX 2 is toegevoegd aan een nieuwe hub, wordt deze niet verwijderd van de apparatenlijst van de oude hub. Dit moet u doen in de Ajax-app.

Storingsbadge

Als de signaalversterker een storing detecteert (er is bijvoorbeeld geen externe voeding), geeft de Ajax-app linksboven het apparaatpictogram een badge met een teller weer.

U kunt alle foutmeldingen bekijken in de statussen van de signaalversterker. Velden met storingen worden rood gemarkeerd.

Pictogrammen

De pictogrammen geven een aantal van de ReX 2-statussen weer. U kunt ze bekijken in het tabblad Apparaten in de Ajax-app.

Pictogram	Meaning
	Jeweller-signaalsterkte. Geeft de signaalsterkte tussen de hub en de signaalversterker aan. De aanbevolen waarde is 2-3 streepjes. Meer informatie
	Batterijlading. Meer informatie
	Storing gedetecteerd. In de statussen van de range extender kunt u een lijst en een beschrijving van de storingen vinden.
	ReX 2 is uitgeschakeld. Meer informatie
	ReX 2 heeft meldingen voor activatie van de sabotagedetector uitgeschakeld. Meer informatie

Statussen

Bij de statussen vindt u informatie over het apparaat en de bedrijfsparameters. De statussen van ReX 2 vindt u in de Ajax-app:

1. Selecteer als u meerdere hubs heeft of als u de PRO-app gebruikt de gewenste hub.
2. Ga naar het tabblad Apparaten .
3. Selecteer ReX 2 uit de lijst.

Instellingen

U kunt de ReX 2-instellingen wijzigen in de Ajax-app:

1. Selecteer als u meerdere hubs heeft of als u de PRO-app gebruikt de gewenste hub.
2. Ga naar het tabblad Apparaten .
3. Selecteer ReX 2 uit de lijst.
4. Ga naar Instellingen door in de rechterbovenhoek op het tandwielpictogram  te klikken.
5. Stel de vereiste parameters in.
6. Klik op Terug om de nieuwe instellingen op te slaan.

Instellingen	Betekenis
Naam	Naam van de ReX 2. Wordt weergegeven in de tekst van het sms-bericht en in de meldingen in de eventlog. Als u de naam van het apparaat wilt aanpassen, klikt u op het potloodpictogram . De naam kan uit maximaal 12 Cyrillische tekens of 24 Latijnse tekens bestaan.
Ruimte	De virtuele ruimte selecteren waaraan ReX 2 is toegewezen. De naam van de ruimte wordt weergegeven in de tekst van het sms-bericht en in de meldingen in de eventlog.
Ethernet-instellingen	Menu voor het verbinden met een hub via Ethernet: Verbinding via Ethernet: schakelt de verbinding via Ethernet in of uit. Verbindingstype: hiermee past u het verbindingstype aan: DHCP of statisch IP-adres. MAC-adres: geeft het MAC-adres van de signaalversterker weer en geeft u de mogelijkheid dit te kopiëren.
Markeer Jeweller/Wings verbindingsverlies met storingsbadges	Beschikbaar voor ReX 2 Jeweller met OS Malevich 2.18 of hoger. Schakelt de storingsbadge op de apparatenlijst in wanneer de signaalversterker de verbinding via radiokanalen verliest. De instelling is alleen beschikbaar wanneer Verbinding via ethernet is ingeschakeld. Het uitschakelen van de instelling schakelt meldingen over verbindingsverlies niet uit en sluit storingen van verbindingsverlies tijdens de integriteitscontrole van het systeem niet uit.
Led-helderheid	Instelling van de helderheid van de verlichting van het Ajax-logo op de signaalversterker. Instelbaar van 0 tot 10 in stappen van 1. De standaardwaarde is 10.
Koppelen met apparaat	Menu voor het selecteren van apparaten die werken via de signaalversterker. Meer informatie
Jeweller-signaalsterktetest	Zet ReX 2 in de Jeweller-signaalsterktetestmodus. De test controleert de signaalsterkte tussen de hub en ReX 2 via het kanaal voor het zenden van gebeurtenissen en alarmmeldingen en bepaalt de optimale installatieplaats. Meer informatie
Wings-signaalsterktetest	Zet ReX 2 in de Wings-signaalsterktetestmodus. De test controleert de signaalsterkte tussen de hub en ReX 2 via het kanaal voor de foto-overdracht en bepaalt de optimale installatieplaats. Meer informatie
Signaaldempingstest	Zet ReX 2 in de signaaldempingstestmodus. Door de test kunt u het vermogen van de radiozender verlagen of verhogen door een veranderende omgeving te simuleren en zo de stabiliteit van de verbinding tussen de signaalversterker en de hub te testen. Meer informatie
Gebruikershandleiding	Opent de gebruikershandleiding van ReX 2 in de Ajax-app.
Permanente deactivering	Hiermee kan de beheerder van de hub het apparaat uitschakelen zonder het uit het systeem te verwijderen. Er zijn drie opties beschikbaar: Nee: het apparaat werkt normaal en verzendt alle gebeurtenissen. Volledig: het apparaat zal geen systeemopdrachten uitvoeren of deelnemen aan automatiseringsscenario’s. Het systeem zal alarmmeldingen en andere meldingen van het apparaat negeren. Alleen deksel: het systeem negeert alleen meldingen over de activering van de sabotagededectie van het apparaat. Meer informatie Het systeem negeert het apparaat alleen als het is uitgeschakeld. De apparaten die verbonden zijn via ReX 2 blijven normaal werken.
Eenmalige deactivering	Hiermee kan de gebruiker gebeurtenissen van het apparaat uitschakelen tot de eerste uitschakeling van het apparaat. Er zijn drie opties beschikbaar: Nee: het apparaat werkt in de normale modus. Volledig: de detector is uitgesloten van de werking van het systeem tot de eerste uitschakeling. Het apparaat voert geen systeemopdrachten uit en meldt geen alarmen of andere gebeurtenissen. Alleen deksel: meldingen over de sabotagebeveiliging zijn uitgeschakeld tot de eerste keer dat het wordt uitgeschakeld. Meer informatie Het systeem negeert het apparaat alleen als het is uitgeschakeld. De apparaten die verbonden zijn via ReX 2 blijven normaal werken.
Apparaat ontkoppelen	Koppelt ReX 2 los van de hub en wist de instellingen. Als detectoren verbonden zijn geweest met ReX 2, dan zullen ze na het ontkoppelen van de signaalversterker proberen om opnieuw verbinding te maken met de hub.

Apparaten aansluiten op ReX 2

Doe het volgende in de Ajax-app om een apparaat toe te wijzen aan een signaalversterker:

1. Selecteer de gewenste hub als u er meerdere heeft of als u de PRO-app gebruikt.
2. Ga naar het tabblad Apparaten .
3. Selecteer ReX 2 uit de lijst.
4. Ga naar Instellingen door in de rechterbovenhoek op het tandwielpictogram  te klikken.
5. Kies het menu-item Koppelen met apparaat.
6. Selecteer de apparaten die via de signaalversterker moeten werken.
7. Klik op Terug om de instellingen op te slaan.

Eenmaal verbonden staat bij de geselecteerde apparaten in de Ajax-app het RE-pictogram. Het apparaat kan slechts met één ReX 2 gekoppeld worden. Als een apparaat aan een signaalversterker wordt toegewezen, wordt het automatisch losgekoppeld van een andere aangesloten signaalversterker.

Doe het volgende in de Ajax-app om een apparaat toe te wijzen aan de hub:

1. Selecteer als u meerdere hubs heeft of als u de PRO-app gebruikt de gewenste hub.
2. Ga naar het tabblad Apparaten .
3. Selecteer ReX 2 uit de lijst.
4. Ga naar Instellingen door in de rechterbovenhoek op het tandwielpictogram te klikken.
5. Kies het menu-item Koppelen met apparaat.
6. Vink de apparaten uit die weer met de hub moeten worden verbonden.
7. Klik op Terug om de instellingen op te slaan.

Storingen

ReX 2 kan meldingen geven over eventuele storingen. Het veld Storingen vindt u bij Apparaatstatussen. Als u op klikt, wordt de lijst met alle storingen geopend. Dit veld wordt alleen weergegeven als er een storing is gedetecteerd.

Indicatie

De led-indicatie van ReX 2 kan wit, rood of groen oplichten, afhankelijk van de status van het apparaat en de verbinding via Ethernet.

Indicatie wanneer verbinding via Ethernet is uitgeschakeld

Indicatie wanneer verbinding via Ethernet is ingeschakeld

Testen van de functionaliteit

De functionaliteitstesten van ReX 2 beginnen niet onmiddellijk, maar na een enkele pingperiode van de hubdetector (met de standaardinstellingen van de hub is dat 36 seconden). U kunt de pingperiode van apparaten wijzigen in het Jeweller-menu van de hubinstellingen.

Zo voert u een test uit in een Ajax-app:

1. Selecteer als u meerdere hubs heeft of als u de PRO-app gebruikt de gewenste hub.
2. Ga naar het menu Apparaten tab.
3. Selecteer ReX 2.
4. Ga naar Instellingen .
5. Selecteer één van de beschikbare tests:
   • Jeweller-signaalsterktetest
   • Wings-signaalsterktetest
   • Signaaldempingstest

Selectie van de installatieplaats

Houd bij de keuze van een plaats rekening met twee belangrijke factoren:

• Jeweller-signaalsterkte.
• Wings-signaalsterkte.

U moet rekening houden met de signaalsterkte zowel tussen de hub en de signaalversterker als tussen de signaalversterker en alle apparaten die ermee verbonden zijn.

Installeer ReX 2 op een plaats met een stabiele Jeweller-signaalsterkte (2-3 streepjes in de Ajax-app). Houd bij het kiezen van de plaats voor installatie rekening met de afstand tussen de signaalversterker en de hub en eventuele obstakels tussen de apparaten die het radiosignaal kunnen hinderen: muren, tussenvloeren of grote objecten die zich in de ruimte bevinden.

ReX 2 moet tussen een hub en een apparaat met een zwak signaal geplaatst worden. De signaalversterker versterkt niet het radiosignaal, dus als u het installeert in de buurt van een hub of apparaat met een signaalsterkte van 1 of 0 streepjes, zal dit niet het gewenste resultaat hebben. Met onze rekentool voor het radiobereik berekent u grofweg het signaalniveau op de installatieplaats.

Controleer de signaalsterkte van Jeweller en Wings op de plaats van de installatie. Als de signaalsterkte laag is (een enkel streepje), kunnen we geen stabiele werking van het beveiligingssysteem garanderen. Probeer het apparaat een klein beetje te verplaatsen. Zelfs een verplaatsing van 20 cm kan de signaalontvangst al aanzienlijk verbeteren.

Als de installatieplaats geen stabiel signaalniveau (2-3 streepjes) heeft via Jeweller en Wings tussen een signaalversterker en een hub, gebruik dan Ethernet als extra of hoofdcommunicatiekanaal. Met deze functie kunt u signaalversterkers installeren in kelders, metalen loodsen en andere plaatsen waar geen radiosignaal is.

Ethernet kan het enige communicatiekanaal zijn of parallel werken met radioprotocollen. Een verbinding via een kabel en radio verhoogt de betrouwbaarheid en fouttolerantie van het systeem. Het ethernetkanaal krijgt prioriteit in een dergelijke configuratie.

ReX 2 moet aan het directe zicht onttrokken worden. Dit verkleint de kans op sabotage of jamming. Vergeet ook niet dat het apparaat alleen bedoeld is voor plaatsing binnenshuis.

Plaats ReX 2 niet:

• Buiten. Als u dat toch doet, kan het apparaat defect raken of niet goed werken.
• In de buurt van metalen voorwerpen of spiegels (bijvoorbeeld in een metalen kast). Die kunnen het radiosignaal blokkeren en dempen.
• In ruimten waar de temperatuur en de luchtvochtigheid de toelaatbare grenzen overschrijden. Als u dat toch doet, kan het apparaat defect raken of niet goed werken.
• Dicht bij radio-interferentiebronnen: minder dan één meter van de router en de voedingskabels. Hierdoor kan de verbinding met de hub of met apparaten die met de signaalversterker verbonden zijn wegvallen.
• Op plaatsen met een lage of onstabiele signaalsterkte als Ethernet niet als hoofdcommunicatiekanaal wordt gebruikt. Hierdoor kan de verbinding met de hub of met apparaten die met de signaalversterker verbonden zijn wegvallen.

Installatie

Zorg, voordat u de signaalversterker installeert, dat u de optimale locatie heeft gekozen en dat deze voldoet aan de eisen van deze handleiding.

Volg bij het installeren en gebruiken van het apparaat de algemene veiligheidsvoorschriften voor het gebruik van elektrische apparatuur en de vereisten van de elektrische veiligheidsvoorschriften.

Installatie van ReX 2:

1. Bevestig het montagepaneel van SmartBracket met de meegeleverde schroeven. Als u andere bevestigingsmiddelen gebruikt, let er dan op dat deze het plaatje niet beschadigen of vervormen. Gebruik tijdens de montage minstens twee bevestigingspunten. Zorg ervoor dat de geperforeerde hoek van SmartBracket is vastgezet, zodat het sabotagealarm reageert als er wordt geprobeerd om het apparaat te verwijderen.
   

   

   

   We raden het gebruik van dubbelzijdige tape voor de bevestiging af. Hierdoor kan de signaalversterker vallen. Het apparaat kan stukgaan als het een klap krijgt.

2. Sluit de voedingskabel en een ethernetkabel (indien nodig) aan op de signaalversterker. Schakel het apparaat in.
3. Zet de kabel vast met een plastic bevestigingsplaatje. Dit verkleint de kans op sabotage, aangezien een kabel die vast zit niet zomaar kan worden weggerukt.
   

   

4. Schuif ReX 2 op het montagepaneel. Controleer na de installatie de sabotagestatus in de Ajax-app en daarna de kwaliteit van de bevestiging van het paneel. U ontvangt een melding als iemand probeert de signaalversterker van het oppervlak te trekken of van het montagepaneel te verwijderen.
   

   

5. Bevestig de ReX 2 met de meegeleverde schroeven op het SmartBracket-paneel.
   

   

   

   Draai de signaalversterker niet ondersteboven of opzij als u hem verticaal monteert (bijvoorbeeld aan een muur). Als u het apparaat correct monteert, dan kunt u het Ajax-logo horizontaal lezen.

Onderhoud

Controleer regelmatig de werking van ReX 2. De optimale testfrequentie is elke drie maanden. Verwijder regelmatig nieuw stof, spinnenwebben en ander vuil van de behuizing. Gebruik een zachte, droge doek die geschikt is voor het onderhoud van de apparatuur.

Gebruik geen middelen die alcohol, aceton, benzine of andere actieve oplosmiddelen bevatten om de behuizing van de signaalversterker te reinigen.

Als de ReX 2-batterij defect raakt en u hem wilt vervangen, volg dan de volgende aanwijzingen:

Technische specificaties

Volledige set

1. ReX 2.
2. SmartBracket-montagepaneel.
3. Voedingskabel.
4. Klemmenblokadapter met schroefaansluiting (alleen nodig om aan de INCERT-vereisten te voldoen).
5. Ethernetkabel.
6. Installatiekit.
7. Snelle setup handleiding.

Garantie

De garantie op de producten van de Limited Liability Company, “Ajax Systems Manufacturing”, is 2 jaar geldig na aankoop.

Als het apparaat niet goed werkt, neem dan eerst contact op met de ondersteuningsdienst. Technische problemen kunnen in de helft van de gevallen op afstand worden opgelost.

Contact opnemen met de technische ondersteuning:

• e-mail
• Telegram

Gefabriceerd door “AS Manufacturing” LLC